Quote:
8. Moderne mensen zijn niet te vergelijken met de rondrennende, fitte types die Price tegenkwam.
We zijn nu lichamelijk en mentaal actiever dan de mensen die Price onderzocht. Jager-verzamelaars joegen gemiddeld 3-4 uur per dag, de rest van de tijd deden ze helemaal niets. Er was veel ontspanning en tijd met het gezin en andere stamleden.
Hier heb ik toch wel enige bedenkingen bij. Ik vind het een erg 'primitieve voorstelling' van het 'primitieve leven'. Naast de jacht en het verzamelen zelf was er heel wat werk te doen om een stam sterk en gezond te houden, zowel fysiek, mentaal als moreel. Voedsel werd bewerkt, verwerkt en geconserveerd. Dit alleen al neemt nogal wat tijd in beslag. Een gedood dier valt niet spontaan in hapklare en langhoudbare brokjes uiteen. En heel veel delen van het dier werden gebruikt, dus een karkas werd uitvoerig ontleed zodat ook alle botten, hoorns, hoeven, pezen en organen gebruikt konden worden. Dit werd gebruikt om wapens, gereedschap, sieraden en krachtvoorwerpen van te maken en te repareren. En vergeet vooral ook niet het looien van de huiden. Dat is behoorlijk wat werk! Het bont en het leer kenden veel soorten toepassingen. Er werd tenten, meubels, kleding en schoeisel van gemaakt. Deze huidige voorwerpen waren ook aan slijtage onderhevig en moesten dus van tijd tot tijd gerepareerd worden. Verder werd een scala aan andere gebruiksvoorwerpen van leer gemaakt: tasjes, buidels, riemen, dekens, pijlenkokers, schilden en ik weet niet wat allemaal. Daarnaast werd er bijvoorbeeld ook hout, steen en gewei gebruikt en bewerkt. Er moest veel gemaakt worden voor alle stamleden en ook wat extra's voor de ruilhandel.
Dan waren er allerlei religieuze bezigheden zoals rituelen en dansen. Er allerlei waren trainingen en werden allerlei wedstrijden gehouden om de vaardigheden van de stamleden te versterken en te vergroten en om het moraal hoog te houden. Er moest voor de kinderen gezorgd worden. Er werden medicijnen gezocht en gemaakt. Er werden verkenningstochten gehouden. Er waren misschien ook conflicten met andere stammen waardoor er strijd of veldslagen geleverd werden. Gewonden die hierbij vielen moesten verzorgd worden, de doden begraven of wat ze dan ook deden. Hier werden weer ceremonies voor gegeven en voorwerpen voor gemaakt. En wellicht hadden ze ook bezigheden waar wij het bestaan of de functie niet eens van kennen...
Naar mijn idee is er echt heel wat te doen en zijn er slechts soms dagen van luieren en ontspanning, dagen dat het werk even onderbroken mag worden. Kortom, leven als natuurvolk in een stam is zó véél meer dan alleen maar wat jagen en luieren!